Om jullie als trainers zoveel mogelijk handvatten te geven voor jullie trainingen geeft Marcel Rabbers diverse tips om jullie de nodige ondersteuning te geven. Hieronder in de vorm van een filmpje, er zullen er nog meer volgen. Doe er jullie voordeel mee!
Basis (onderbouw jeugd)
Positiespel (onder, midden- en bovenbouw)
Hoe, wat en waarom…
Waarom is het voor voetballers goed om zeer regelmatig het positiespel te spelen.. omdat JC dat predikte?, omdat de KNVB het in het lesprogramma heeft opgenomen… waarom?
En waarom is het ook voor de jongste jeugd belangrijk kennis te maken met het positiespel?
In dit korte document, dat gevolgd wordt door een filmimpressie, gaan wij proberen op de gestelde vragen antwoord te geven.
Wat:
Vele vooral Nederlandse invloeden en successen hebben bewezen dat het beheersen van het positiespel essentieel is binnen de opleiding van voetballers. Positiespel is (daar is hij weer) de BASIS tot…
"Als wij de bal hebben, kunnen hun niet scoren." "Als je de bal niet heb, ken je niet scoren." "Je moet altijd zorgen dat je een doelpunt meer scoort als de tegenstander." "Kijk, de bal is een essentieel onderdeel van het spel."
Simpeler en doeltreffender als Johan Cruijff het heeft uitgelegd, kunnen en mogen wij het niet duiden.
Zelfs bij de jongste jeugd (en dit gaat verder in de midden- en bovenbouw) is het in fases en in kleine stappen geven van een positiespel een prima oefenvorm. Het leren samen spelen, de bal spelen naar je maatje in hetzelfde shirt.. de BASIS van het voetbal…BALBEZIT. Laat ze maar kennis maken met het positiespelletje 🙂
Hoe,
In het op te nemen filmpje laten wij een aantal opties, tips, trucs en voorwaarden voorbijkomen.
- begin met een groot overtal (5:2 / 7:3 / 8:3 / etc..) gewenningsfase
- begin in een grote afgebakende ruimte (speel met je ruimte)
- kijk…(op afstand analyseren of film) is er bij het overtal balbezit, gaat de bal 4 of 5 keer rond?
- geef voorwaarden (2e fase)*
- werk met kaatsers / keepers aan de zij of lange kanten van je speelveld
- aantal keren raken (aannemen en doorspelen naar…)
- niet terugspelen naar de ontvanger (weerstand en vooruit denken en handelen)
- spelen naar een derde “man”
- kort, kort … lang
- maak gebruik van de bestaande lijnen op het veld (organisatie)
- werk met 2 vakken (na positiespel de bal “ver” verplaatsen)
- bij balbezit kan je de ruimtes kleiner maken (meer weerstanden inbouwen)
- werken vanuit 5:2 naar 6:6 (2) naar 8:8 (2)
- 1000 varianten :)
